Begiftigd mens
Dat ik een begiftigd mens ben, daar kwam ik zo rond mijn 10e al achter. Niet alleen speelde ik het liefst winkeltje in de echte winkel met de echte kassa, ook zong ik rond die tijd mijn eerste solo’s in de plaatselijke kerk. (Inmiddels was het gezin via Utrecht in Leersum terecht gekomen.)
Bovendien schreef ik mijn eerste ‘boek’ dat de illustere titel droeg: ‘De moord met het aardappelmesje zonder punt.’
Ik hield al van suspense voordat ik wist wat het was, al vrees ik dat het spel Cluedo hier ook enigszins debet aan was.
Jong getrouwd en moeder geworden van drie kinderen kwamen de talenten een beetje op de plank te liggen. Er moest brood op de plank! Jaren heb ik bij de (toen nog) Amro Bank gewerkt.
Het eerst dat ik weer oppakte eind jaren ’80 was het zingen. In koren vooral, bv. met Continentals door heel Europa. Een prachtige tijd. Ik schreef weleens zelf een liedje, maar daar deed ik weinig mee.
Hollandse IJssalon
In ’93 begon mijn vader in Veenendaal ‘De Hollandse IJssalon’ Het lag voor de hand dat mijn middelste broer en ik hem daarbij zouden helpen. Hij, omdat hij studeren toch maar zozo vond, ik, omdat ik me bij de bank inmiddels een levende geldautomaat voelde.
Daar kon het ondernemersbloed voluit stromen. Toen mijn vader acht jaar later met vervroegd pensioen ging (zie Toonbank) zijn mijn broer en ik op een andere plek in het centrum een kleinere chocolade zaak begonnen.